Uitvoeringswet MiCA ligt ter consultatie
De Uitvoeringswet verordening cryptoactiva (MiCA) ligt ter consultatie. Hoewel een verordening rechtstreeks doorwerkt in de Nederlandse rechtsorde, moet er wel worden voorzien in de uitvoering en handhaving van MiCA. Dat gebeurt dan ook met de Uitvoeringswet, waar tot en met 11 augustus op kan worden gereageerd. Wij bekijken enkele interessante passages uit de Memorie van Toelichting (MvT).
MiCA schept een regelgevend kader voor cryptodienstverleners en crypto-uitgevers. De verordening streeft verschillende doelen na, namelijk: de rechtszekerheid binnen de Europese Unie (EU) bevorderen, het stimuleren van innovatie, het regelen van consumentenbescherming, het stellen van regels omtrent marktintegriteit en het waarborgen van financiële stabiliteit.
Inleiding
‘MiCA reguleert de uitgifte van cryptoactiva en het verlenen van cryptoactivadiensten’, zo begint de tweede alinea van de inleiding van de MvT. Vervolgens wordt geschreven dat de waarde van cryptoactiva vaak niet-intrinsiek is, zoals wel het geval is bij financiële instrumenten (bijv.: aandelen). ‘De marktwaarde van deze cryptoactiva is dan ook subjectief en louter gebaseerd op wat de koper ervoor wil betalen.’
Hoewel hier een kern van waarheid in zit, was het benoemen van stablecoins en Bitcoin wellicht geen overbodige luxe geweest. Een decentraal netwerk (Bitcoin) met een onveranderlijk en voor iedereen te controleren grootboek heeft namelijk toch wel degelijk intrinsieke waarde? Hoe je die waarde precies moet berekenen is een ander verhaal, maar je kan bijvoorbeeld denken aan de productie- en elektriciteitskosten die Bitcoinminers maken.
Stablecoins
Een groot deel van MiCA ziet op stablecoins. Daarover wordt het volgende in de inleiding gezegd: ‘Dit zijn cryptoactiva waarvan de uitgever claimt dat deze gekoppeld zijn aan of gebaseerd zijn op een reserve met onderliggende activa. Gebleken is dat deze claim of belofte in de praktijk vaak niet wordt ingelost.’
Natuurlijk staat de stablecoin TerraUSD (UST) nog scherp bij ons op het netvlies. Dit is ook zeker niet de enige (algoritmische) stablecoin die in de afgelopen cryptowinter ten onder is gegaan, maar om nu te spreken over ‘vaak’? De grootste stablecoins (Tether en USD Coin) blijken de ‘belofte’ immers wel degelijk in te lossen. Enige nuance was hier wellicht op zijn plaats geweest.
Stablecoins worden door MiCA erg streng gereguleerd, maar waarom eigenlijk? Het laat zich enigszins raden. Consumenten moeten worden beschermd tegen valse claims van stablecoins dat ze stabiel zijn. Daarnaast kunnen de munten een potentieel groot risico vormen voor de financiële stabiliteit. Wellicht de grootste risico’s zijn er voor het monetair beleid en de monetaire soevereiniteit van centrale banken.
Een opsomming van de voorgenoemde risico's hebben we afgelopen jaren meermaals teruggezien in verschillende rapporten van onder andere de Bank voor Internationale Betalingen (BIS), het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Europese Centrale Bank (ECB) en de Amerikaanse Centrale Bank (FED). Het Libra-experiment galmt overal op de wereld nog na en iedereen lijkt nu wakker. Een Big Tech bedrijf zoals Meta (toentertijd Facebook) met miljarden gebruikers moet geen eigen munt gaan uitgeven, zo lijkt het achterliggende idee.
Bitcoin
‘Hoewel de eerste cryptoactiva in 2008 zijn ontwikkeld met de belofte om als betaalmiddel ingezet te kunnen worden, zijn ze in de recente jaren onder het bredere publiek met name populair geworden om mee te speculeren op waardevermeerdering in de toekomst en via handel winsten te maken.’
Hier zijn we het eigenlijk wel mee eens. Ons enige puntje van kritiek is dat we graag zouden zien dat het beestje bij zijn naam wordt genoemd. Schrijf dus Bitcoin. Daarnaast zou het helemaal goed zijn om onderscheid te maken tussen Bitcoin en crypto, maar dat is voor nu wellicht nog een stap te ver. Mogelijk iets voor MiCA 2.0?
Tijdlijn MiCA
In de MvT wordt ook gesproken over de tijdlijn van MiCA. Op 29 juni is een gedeelte van MiCA in werking getreden en verder wordt MiCA stapsgewijs van toepassing. Een kleine gedeelte, dat met name ziet op stablecoins, treedt op 30 juni 2024 in werking en het grootste gedeelte op 30 december 2024. Hieronder de tijdlijn van MiCA.
MiCA-vergunning
Een aanvraag voor een MiCA-vergunning moet worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst. In het geval van Nederlandse partijen hebben we het dan over De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Op Europees niveau hebben we nog de Europese Bankautoriteit (EBA) en Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA), maar hier zullen alleen de grotere partijen mee te maken krijgen. In de toekomst krijgen cryptodienstverleners waarschijnlijk ook nog te maken met een Europese waakhond op het gebied van anti-witwasregelgeving.
Kan een cryptodienstverlener met een MiCA-vergunning zijn diensten door de hele EU aanbieden? Ja, hij kan zijn vergunning ‘paspoorten’ maar zal dit wel vooraf moeten melden bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en aanvullende informatie moeten verlenen. Het systeem van het Europese paspoort gaat samen met het beginsel van ‘home state control’. Dit wil zeggen dat toezicht op de betreffende cryptodienstverlener in beginsel wordt uitgeoefend door de toezichthouder van het land van herkomst.
Het klimaat
Over het klimaat vinden we het volgende terug: ‘Daarnaast moeten aanbieders van cryptoactivadiensten op een prominente plaats op hun website informatie beschikbaar maken over de belangrijkste negatieve effecten op het klimaat.’ Aangezien Bitcoinmining steeds schoner lijkt te worden, hoeft dit niet per se negatief uit te pakken.
Tot slot
We moeten het nog even hebben over lidstaatopties. MiCA geeft op een aantal punten lidstaten de ruimte voor een eigen keuze. Zo kan de overgangstermijn van 18 maanden voor cryptodienstverleners die hun diensten al voor MiCA aanboden, worden verkort.
‘Dit betekent dat aanbieders die voor 30 december 2024 hun diensten overeenkomstig het toepasselijke recht aanboden, dit kunnen blijven doen tot 1 juli 2026. Lidstaten kunnen ervoor kiezen om geen gebruik te maken van deze overgangsbepaling of om de duur van 18 maanden te verkorten (artikel 143, derde lid).’
Nederland maakt gebruikt van deze lidstaatoptie. Hierover gaat nog overleg plaatsvinden tussen de toezichthouders. Het plan is om de overgangstermijn te verkorten naar een periode van maximaal zes maanden.
Ook maakt Nederland geen gebruik van de lidstaatoptie om een versimpelde procedure toe te passen voor het aanvragen van een MiCA-vergunning door partijen die reeds over een registratie beschikken. Jammer, want het registratieregime had toch kenmerken van een vergunningsregime. Hoe dan ook, Nederlandse partijen mogen hun borst dus natmaken voor MiCA.
Meer weten over MiCA? Hier vind je al onze artikelen over de Europese verordening.